Een dag op het kinderdagverblijf  

Een dag op het kinderdagverblijf op IKC De Toorts begint al vroeg. Om 07.00 uur gaan de deuren open, zodat ouders die al vroeg hun werkdag beginnen of nog moeten reizen naar hun werk, hun kind met een gerust gevoel kunnen wegbrengen. Terwijl de ouders de pedagogisch medewerksters vertellen wat belangrijk is om te weten, pakken de kinderen het speelgoed wat – op kindhoogte- al voor ze klaar staat.

Als iedereen binnen is zingen we ons opruimlied en ruimen we samen het speelgoed op. Daarna openen we de dag; gezellig in een kring zingen we liedjes en praten we over het actuele thema: ‘Hoera, een baby!’. We gebruiken hierbij een vertelplaat waarop van alles te zien is. De baby op de vertelplaat is in bad geweest. De kinderen benoemen wat ze zien: een badeend, zeepbellen, een borstel en een groene handdoek. Laura is drie en vertelt dat ze thuis een rode handdoek heeft en graag een roze pyjama aantrekt. Het is gezellig en de kinderen leren ongemerkt nieuwe woorden en oefenen de kleuren.

Tegen 9.30 uur is het tijd voor een plaspauze: een ritueel dat zich een aantal keren per dag herhaalt. Oudere kinderen kunnen dit zelf, de jongere worden verschoond, maar gaan wel mee. Zo stimuleren we de zindelijkheid. Na het handen wassen eten we fruit en drinken we wat.
Dan mogen de babypoppen in bad. We overleggen met de kinderen wat daarvoor nodig is. De vertelplaat wordt er weer bij gepakt. De kinderen verzamelen alle benodigde spulletjes. Het is lekker weer, dus de ‘baby’s ‘ boffen: zij mogen buiten in bad! ‘Je moet uitkijken voor het hoofd. Het hoofd mag niet onder water, daar houden baby’s niet van’ , merkt Lisanne van bijna drie op. Ze heeft net een broertje gekregen en het is merkbaar dat ze haar ouders thuis goed meehelpt.  

Ieder kind kiest waar het zelf zin in heeft: ook in onze natuurlijke avonturentuin met zand, gras en waterpomp zijn volop mogelijkheden. En waar de een druk in de weer is met de baby’s,  vindt een ander een langs lopende mier veel interessanter en die moet dan ook van dichtbij bestudeerd worden.  Als de mier niet meer interessant is gaan de kinderen samen spelen met de waterpomp. Met schepjes gaan ze aan de slag om een rivier te graven. Hoe fijn is het om met water en zand je  eigen fantasie wereld te kunnen bouwen!

Tijd om te lunchen! Samen dekken we de tafel. Tijdens het eten leren we kinderen hun eigen boterham te smeren.  

Na de lunch kiezen de kinderen zelf hun activiteit. De pedagogisch medewerker speelt mee. Zij laat zich door de kinderen leiden, stelt vragen over het spel en daagt ze uit tot verdieping in het spel. En zo zit zij ineens met vier kinderen ‘in de trein op weg naar Amsterdam om boodschappen te doen.’

Halverwege de middag eten we opnieuw fruit en lezen we voor uit een boek, passend bij het thema. Deze keer gaat het verhaal over beschuit met muisjes. Vervolgens gaan we in ons atelier aan de slag met het maken van beschuit met muisjes. Op een lege beschuit van papier tekenen,  schilderen, stempelen, scheuren en plakken de kinderen hun eigen beleg. Al doende leren de kinderen verschillende technieken om een beschuit te beleggen, praten over welk beleg ze lekker vinden en benoemen ze de kleuren die ze gebruiken.  

Rond 16.30 uur komen de eerste ouders weer binnen om hun kinderen op te halen. We drinken nog iets en sluiten de dag rustig af. We lezen een verhaal voor, maken een mooie tekening aan tafel of kiezen een andere rustige activiteit totdat papa of mama komt. De kinderen en pedagogisch medewerker vertellen samen wat zij die dag beleefd hebben. ‘Dag, tot morgen!’ zegt Laura terwijl ze nog een keer achterom kijkt. Het is zichtbaar: zij heeft er alweer zin in!